EN ISO 11611
Lassen en slijpen
Terug naar overzichtBescherming bij lassen en verwante werkzaamheden: EN ISO 11611 normering voor lasserskleding
EN ISO 11611 beschrijft de eisen voor lasserskleding. Deze kleding beschermt tegen kleine spatten van gesmolten metaal, kort contact met vlammen en UV-straling van de lasboog. De norm is bedoeld voor normaal laswerk waarbij de kleding een hele werkdag (8 uur) gedragen kan worden. Voor speciale laswerkzaamheden gelden aparte normen.
Wat houdt EN ISO 11611 in?
EN ISO 11611 is de opvolger van EN 470-1 en is ingedeeld in twee klassen:
- Klasse 1: basisbescherming (alle testen behaald)
- Klasse 2: hogere bescherming, met zwaardere eisen voor hittestraling en metaalspetters
Symbool en technische eisen van EN ISO 11611
Het symbool is een pictogram met een lasboog. De norm schrijft verschillende testen en ontwerpeisen voor om de veiligheid van lasserskleding te waarborgen.
Uitleg van de testwaarden
ISO 6942: de hittestraling.
In deze test wordt het doek blootgesteld aan infraroodstraling.
- Klasse 1: in dit geval duurt het langer dan 7 seconden voordat een temperatuurstijging van 24 °C optreedt bij het doek.
- Klasse 2: in dit geval duurt het langer dan 16 seconden voordat een temperatuurstijging van 24 °C optreedt bij het doek.
ISO 9150: het gesmolten metaal.
Deze test meet hoe goed de stof beschermt tegen spatten van gesmolten metaal.
Tijdens de test worden kleine druppels gesmolten metaal op de stof laten vallen. Aan de achterkant van de stof zit een sensor die meet wanneer de temperatuur 40 °C hoger wordt.Hoe meer druppels nodig zijn om deze temperatuurstijging te bereiken, hoe beter de bescherming.
Eisen volgens EN ISO 11611:
- Klasse 1: minimaal 15 druppels nodig voordat de temperatuur stijgt.
- Klasse 2: minimaal 25 druppels nodig.
ISO 15025 : beperkte vlamverspreiding.
Deze test laat zien hoe de stof reageert op vuur.
- De stof wordt 10 seconden in een vlam gehouden.
- Daarna wordt gemeten of het doek blijft branden, nagloeit of gaten vormt.
- Alles moet binnen de normen blijven.
Twee testmethodes:
- A1: horizontale vlamtest
- A2: verticale vlamtest
De stof mag geen gevaarlijk nabranden, nagloeien of scheuren, zodat er geen vlammen door de kleding heen kunnen slaan.
EN 1149-2: elektrostatische eigenschappen.
Deze test meet of een stof elektrische lading goed geleidt.Als de lading snel wordt afgevoerd, kan er geen vonk ontstaan en is het kledingstuk veiliger in explosiegevaarlijke omgevingen.
Waar gebruik je EN ISO 11611 werkkleding?
Deze norm is geschikt voor algemene laswerkzaamheden en verwante processen, zoals:
- MIG/MAG-, TIG- en elektrode-lassen
- Autogeen lassen en snijden
- Slijpen en schuren waarbij vonken vrijkomen
Prestatie- en ontwerpeisen van de norm
Kleding die voldoet aan EN ISO 11611 moet:
- Voldoen aan ISO 13688 (algemene eisen beschermende kleding).
- Buitenliggende zakken voorzien van klep (behalve meterzakken en kleine openingen).
- Doortasten afgedekt met klep of klittenband.
- Metalen sluitingen verdekt zijn.
- Geen plooien bevatten waar vonken in kunnen blijven hangen.
- Halsopeningen sluiten.
- Een maximale afstand tussen knopen hebben van 15 cm.
Wijzigingen ten opzichte van norm EN 470-1
- Nieuw pictogram: lasboog in plaats van vlam
- Vlamverspreiding wordt ook getest ná maximaal aantal wasbeurten (meestal 50)
- Strengere eisen voor scheursterkte, naden en fournituren
- Indeling in twee klassen (afhankelijk van type laswerkzaamheden)
Lasserskleding onder controle: Training over norm EN ISO 11611
Lasserskleding moet méér doen dan alleen beschermen tegen vuur. EN ISO 11611 stelt eisen aan kleding die bestand is tegen metaalspatten, vlamcontact en stralingswarmte tijdens normaal laswerk. De training geeft inzicht in klasse-indelingen, materiaalkeuze, certificeringseisen en risicoanalyses. Ontwikkeld voor organisaties die lassers veilig en conform norm willen uitrusten voor volledige werkdagen.